Veelgestelde vragen

FAQ

Overzicht veelgestelde vragen

Op deze pagina vindt u de antwoorden op veelgestelde vragen. Om het gemakkelijk te maken zijn er aparte documenten voor verschillende onderwerpen en doelgroepen. Hierdoor vindt u snel de informatie die voor u relevant is.

Lokale omroepen
Wat is een lokale omroep? Hoe krijg ik een aanwijzing en wat zijn de regels? En wat doen de NLPO en de OLON? Het antwoord op deze vragen (en meer) vindt u in dit document: NLPO FAQ lokale omroep (2018).

Streekomroepen
De lokale omroepen worden in de komende jaren omgevormd van 260 individuele lokale omroepen naar 80 gefuseerde of samenwerkende lokale ‘streekomroepen’. Maar wat is een streekomroep? Waar moet deze aan voldoen? En wat is de rol van de NLPO, OLON en VNG? De antwoorden hierop vindt u in dit document: NLPO FAQ streekomroep (2020).

MediaHub 2.0
Met de MediaHub 2.0 regel je voor jouw omroep in één keer de distributie van jouw radio- en televisiekanalen naar alle pakketaanbieders in Nederland, waaronder Ziggo, KPN, TELE2, XS4All, T-mobile, Caiway en Delta. Het antwoord op veelgestelde vragen over de Mediahub vindt u op de pagina over de MediaHub 2.0.

Overige vragen?
Staat uw antwoord er niet bij? Maak dan gebruik van de zoekmachine of neem contact met ons op.

FAQ Lokale omroep (2018)

1. Wat is een lokale omroep?

expand_more

Een lokale omroep is een lokale media-instelling die op lokaal (gemeentelijk) niveau mediaaanbod verzorgt.

2. Wat is media-aanbod?

expand_more

Media-aanbod is een of meer elektronische producten met beeld- of geluidsinhoud (radioen/of televisieprogramma) die bestemd zijn om te worden uitgezonden naar het algemene
publiek.

3. Wat is een aanwijzing?

expand_more

Een aanwijzing is een toestemming/vergunning van het Commissariaat voor de Media om
gedurende 5 jaar als lokale omroep media-aanbod te verzorgen voor een of meer gemeenten.

4. Wat is het verzorgingsgebied?

expand_more

Het verzorgingsgebied is het gebied waarop het media-aanbod van een lokale omroep is
gericht; het media-aanbod is gericht op en bestemd voor de inwoners van dat gebied; het
verzorgingsgebied kan bestaan uit een gemeente of uit twee of meer gemeenten.

5. Wat is het pbo?

expand_more

Het programmabeleid bepalende orgaan (pbo) bestaat uit
vertegenwoordigers/afgevaardigden van de belangrijkste in de gemeente of gemeenten
voorkomende maatschappelijke, culturele, godsdienstige en geestelijke stromingen; het pbo
bepaalt het beleid voor het media-aanbod van een lokale omroep.

6. Heeft elke gemeente een lokale omroep?

expand_more

Nee, niet elke gemeente heeft een lokale omroep; een lokale omroep ontstaat uit particulier
initiatief; in de meeste gemeenten is een lokale omroep actief.

7. Kan een gemeente een lokale omroep beginnen?

expand_more

Nee, een gemeente kan niet een lokale omroep beginnen of daarvan de initiatiefnemer zijn;
overheidsinvloed op een publieke omroep, zowel landelijk, regionaal als lokaal, is niet
toegestaan.

8. Wat is een vergunning voor een etherfrequentie?

expand_more

Een vergunning voor een etherfrequentie (gebruik van frequentieruimte) wordt op grond van
de Telecommunicatiewet aan een lokale omroep verleend door het Agentschap Telecom; elke
lokale omroep heeft recht op een dergelijke vergunning; via een FM-frequentie wordt het
radioprogramma van de lokale omroep uitgezonden.

9. Wat is de doorgifteplicht?

expand_more

Pakketaanbieders van programmapakketten, zoals bijvoorbeeld Ziggo en KPN, zijn verplicht
een standaardprogrammapakket aan hun abonnees aan te bieden dat uit een minimaal
aantal programma’s bestaat, en waarin in ieder geval is opgenomen de programma’s van de
lokale omroep; het betreft één radio- en één televisieprogramma (de Mediawet spreekt van
radio- en televisieprogrammakanaal) die bestemd zijn voor de gemeente waarbinnen de
abonnees woonachtig zijn en ten hoogste 2 televisieprogrammakanalen en 5
radioprogrammakanalen die gericht zijn op specifieke bevolkings- en leeftijdsgroepen
waaronder minderheden

10. Wat doet de NLPO?

expand_more

De Stichting Nederlandse Lokale Publieke Omroepen (NLPO) is in 2015 opgericht door de
OLON; de NLPO regelt aangelegenheden die collectief van belang zijn voor de lokale
omroepen, zoals de technische, facilitaire en administratieve infrastructuur, reclame,
auteursrechten en distributievergoedingen.

11. Wat is de rol van het Commissariaat voor de Media?

expand_more

Het Commissariaat is het zelfstandig bestuursorgaan dat op grond van de Mediawet een
instelling kan aanwijzen als lokale omroep; het Commissariaat ziet er vervolgens op toe dat
de lokale omroep zich houdt aan de in de Mediawet opgenomen voorschriften.

12. Wat houdt de bekostigingsplicht van de gemeente in?

expand_more

De bekostigingsplicht houdt in dat de gemeente, en wel in het bijzonder burgemeester en
wethouders, zorgt voor de bekostiging van het functioneren van de lokale omroep onder de
voorwaarde dat de gemeenteraad het Commissariaat positief heeft geadviseerd over de
aanwijzingsaanvraag; de bekostiging betreft de vergoeding van de kosten die rechtstreeks
verband houden met het verzorgen van het media-aanbod en wel zodanig dat in een lokaal
toereikend media-aanbod (LTMA; zie hierna) kan worden voorzien en de continuïteit van
bekostiging is gewaarborgd.

Sponsoring en nevenactiviteiten

46. Is sponsoring van een programma toegestaan?

expand_more

Voor de lokale omroep geldt in beginsel een sponsorverbod. Alleen culturele en educatieve
programma’s, verslagen van sportevenementen en evenementen ten behoeve van ideële
doeleinden mogen worden gesponsord. Tenzij deze programma’s geheel of gedeeltelijk
bestaan uit nieuws, actualiteiten of politieke informatie, of als zij bestemd zijn voor
minderjarigen beneden de leeftijd van twaalf jaar. De regels die gelden voor sponsoring bij de
publieke omroep in het algemeen, dus ook bij de lokale omroep, zijn uitgewerkt in
de Beleidsregels sponsoring publieke omroep (BSPO) van het Commissariaat.

47. Is het toegestaan reclame te maken in een programma?

expand_more

Volgens de Mediawet mogen radio- en tv-programma’s geen reclame bevatten. Het
Mediabesluit maakt hierop, onder voorwaarden, een uitzondering. Een product of dienst
tonen of noemen mag, mits:
– het past binnen de context van het programma;
– het geen afbreuk wordt gedaan aan de formule of de integriteit van het programma;
– het niet op een overdreven of overdadige wijze plaatsvindt;
– er geen sprake is van specifieke aanprijzingen van het product of de dienst.
Een product of dienst mag dus bijvoorbeeld worden genoemd als dat nodig is om een
onderwerp te behandelen of als het product of dienst daarbij logischerwijs ter sprake komt. In
de praktijk gaat het vaak om het noemen of tonen van een product in de (journalistieke)
context van het programma. Het product mag niet worden aangeprezen, want dan is sprake
van reclame, waartegen het Commissariaat vervolgens kan optreden. Voor culturele uitingen,
zoals boeken, video’s, cd’s, toneel-, muziek- en filmuitvoeringen, gelden andere regels. Die
mogen worden aangekondigd of positief besproken, maar de aansporing “Ga het boek
kopen!” door de presentator mag niet.

48. Mag een lokale omroep reclameblokken uitzenden?

expand_more

De publieke lokale omroep mag niet meer dan twaalf minuten per uur reclame uitzenden. De
reclameblokken kunnen worden verlengd met vooraankondigingen van eigen programma’s
en andere vormen van zelfpromotie. Dergelijke promo’s zijn een bijzondere vorm van
reclame, die niet altijd wordt meegeteld voor het reclamemaximum. Zelfpromotie hoeft
bovendien in de meeste gevallen niet van de rest van het programma te worden
afgescheiden, tenzij er een commerciële uiting in zit die als reclame kan worden aangemerkt.

FAQ streekomroep (2020)

1. Wat is het vernieuwingsconvenant?

expand_more

In het Vernieuwingsconvenant gemeenten-lokale omroepen 2015-2018 van 13 november
2015 hebben de VNG en de OLON/NLPO vastgesteld dat de veranderende maatschappelijke
behoeften en de gedragswijzingen van de mediagebruiker gevolgen hebben voor de positie
van de lokale omroepen in de samenleving. Gevolgen aan welke met aanpassing van de
organisatorische, journalistieke en technische infrastructuur van de lokale omroep het hoofd
moet worden geboden. Kerndoel is om een minimaal kwalitatief niveau vast te leggen
waaraan een lokale omroep moet voldoen. Aanknopingspunt daarbij is het in de Mediawet
ten behoeve van de gemeentelijke bekostigingsvraag opgenomen begrip “lokaal toereikend
media-aanbod” (LTMA; zie ook hierna). De vorming van streekomroepen is voor de lokale
omroepsector een middel om te komen tot dat LTMA

2. Wat is de rol van de VNG?

expand_more

De Vereniging Nederlandse Gemeenten heeft haar leden met ledenbrief van 12 juli 2016 en
door middel van een congres op 1 september 2016 geïnformeerd over de inhoud van het
convenant. Voorts heeft de VNG met brief van 9 mei 2019 aan de Tweede kamer aandacht
gevraagd voor de precaire financiële situatie van de lokale omroepen in de aanloop naar de
vorming van streekomroepen. De VNG voert met de NLPO campagne voor een vaste
basisfinanciering

3. Wat is een streekomroep?

expand_more

Een streekomroep is een lokale omroep die een aanwijzing heeft voor twee of meer aan
elkaar grenzende gemeenten; een streekomroep moet aan dezelfde eisen voldoen als een
lokale omroep voor een gemeente en moet zich aan dezelfde mediawettelijke voorschriften
houden. Voor de NLPO is een streekomroep een samenwerkingsverband van alle lokale
omroepen binnen het gebied zoals vastgelegd op de door de NLPO vastgestelde kaart
Streekomroepen van Nederland, of een stadsomroep indien de op die kaart vastgelegde
streek bestaat uit een gemeente. Voor de besluitvorming van het Commissariaat voor de
Media is een streekomroep elke omroep die een aanwijzing heeft voor twee of meer
gemeenten

4. Wat is LTMA?

expand_more

De belangrijkste aanpassing van de organisatorische, journalistieke en technische
infrastructuur is het vastleggen van een minimaal kwalitatief niveau waaraan een lokale
omroep moet voldoen: het zogeheten lokaal toereikend media-aanbod (LTMA). Hierbij spelen
3 aspecten een rol: het productaanbod (content), de kwaliteit van de lokale omroep voor wat
betreft de bedrijfsvoering/redactie/journalistiek en de exploitatie.

5. Waarom streven naar schaalvergroting/streekomroep?

expand_more

Samenwerken op landelijk én streekniveau moet leiden tot een verhoging van de kwaliteit en
de maatschappelijke waarde en een verlaging van de productiekosten. De vorming van
streekomroepen, het vergroten van het verzorgingsgebied, is voor de lokale omroepsector
thans het leidende principe bij de vernieuwing. Het verzorgingsgebied van de omroep sluit
dan beter aan bij de leefomgeving van de burger (natuurlijke habitat) en er kan meer geld vrij
gemaakt worden voor het maken van lokale content.

6. Is er een minimum aantal inwoners om van een streekomroep te kunnen spreken?

expand_more

Uitgaande van de 80 streken die zijn vastgelegd op de kaart Streekomroepen van Nederland
zou het verzorgingsgebied van een gemiddelde streekomroep circa 220.000 inwoners tellen.
In de praktijk zijn er evenwel grote verschillen. Zo heeft de streekomroep Amsterdam (streek
44) veel meer inwoners dan streekomroep Schouwen-Duiveland (streek 59). De omvang
(aantal inwoners en/of oppervlakte) van de streekomroep is niet alleen bepaald door de
financiële haalbaarheid, maar ook door de samenhang binnen het gekozen
verzorgingsgebied. Het is balanceren tussen de leefomgeving van de burger, het LTMA en het
beschikbare budget: elke streekomroep is maatwerk.

7. Waarom wordt de voorkeur gegeven aan een fusie boven samenwerking?

expand_more

De ambitie is dat er op termijn één organisatie verantwoordelijk is voor het functioneren van
de streekomroep. De verlaging van de productiekosten zal eerder bewerkstelligd worden bij
een fusie dan bij samenwerking. Niettemin is een samenwerking in federatief verband een
goed werkbaar alternatief om een streekomroep te zijn die de NLPO voorstaat.

8. Is een lokale omroep verplicht te fuseren tot een streekomroep?

expand_more

Een lokale omroep is niet verplicht te fuseren tot een streekomroep. Een streekomroep is niets
meer of minder dan een lokale omroep voor twee of meer gemeenten. Een lokale omroep,
dus ook een streekomroep, ontstaat uit particulier initiatief. Het Commissariaat voor de
Media houdt bij de aanwijzing van een lokale omroep in belangrijke mate rekening met het
advies van de betrokken gemeenteraad. De door de NLPO vastgestelde streekindeling kan
hierbij een rol spelen, met name als de raad een keuze moet maken uit twee of meer
gegadigden.

9. Heeft een streekomroep ook een pbo?

expand_more

Een streekomroep is mediawettelijk gezien een lokale omroep, dus ook verplicht een
functionerend pbo in het leven te roepen die representatief is voor de gehele streek waarvoor
die omroep is aangewezen.

10. Moeten de gemeenten waarvoor de streekomroep een aanwijzing heeft binnen dezelfde provincie liggen?

expand_more

De natuurlijke habitat kan provinciegrensoverschrijdend zijn.

11. Bestaat het gevaar dat de lokale omroep door de schaalvergroting haar lokale karakter verliest?

expand_more

Het mediagebruik verplaatst zich steeds meer naar online en on-demand. Met de huidige
stand van de techniek is het meer dan ooit mogelijk om het media-aanbod per gemeente
binnen de streek te differentiëren/editioneren zodat de burger de content kan ontvangen die
hij/zij wenst. Er zijn bijvoorbeeld streekomroepen die overdag een algemeen
(radio)programma verzorgen voor de gehele streek en in de avond en het weekend per
gemeente een afzonderlijk (radio)programma uitzenden

12. Kan een streekomroep samenwerken met een commercieel mediabedrijf?

expand_more

Een streekomroep is een lokale omroep in de zin van de Mediawet. Samenwerken met een
commercieel mediabedrijf is toegestaan binnen de grenzen van de Mediawet en de richtlijnen
die het Commissariaat voor de Media daartoe heeft opgesteld.

13. Wat is de minimale begroting voor een streekomroep?

expand_more

Uitgaande van de praktijk van reeds bestaande streekomroepen is er minimaal 800.000 euro
nodig om te kunnen voldoen aan het LTMA. Hiervan zou de omroep zelf 40 procent moeten
opbrengen. Dit is de voorlopige uitkomst van het begrotingsonderzoek waaraan de omroepen
zelf, de VNG, individuele gemeenten, OCW en het Commissariaat hebben meegewerkt.

14. Is er een verdeelsleutel per gemeente voor de bekostiging van de streekomroep?

expand_more

De gemeenten gezamenlijk zijn verantwoordelijk voor de bekostiging van hun streekomroep.
Het aantal woonruimte-eenheden/huishoudens is bepalend voor verdeelsleutel. Het kunnen
realiseren van het LTMA is, met inachtneming van het bepaalde daarover in de Mediawet,
daarbij leidend.

15. Worden de vrijwilligers vervangen door betaalde krachten?

expand_more

Het is geenszins de bedoeling dat betaalde krachten de plaats innemen van de vrijwilligers.
Wel geven zij de organisatie een solide basis. Betaalde krachten verzorgen de continuïteit van
de journalistiek, de coördinatie binnen en continuïteit van de organisatie en zijn faciliterend,
in de zin van ondersteunen en opleiden van de vrijwilligers.

16. De streken zijn te groot, de vrijwilligers zijn niet bereid grote afstanden af te leggen.

expand_more

De meeste content zal nog steeds lokaal gemaakt kunnen worden. Met de huidige techniek is
het geen probleem deze op afstand te delen. Bovendien zijn lokale redacties waar nodig nog
steeds mogelijk.

17. Hoe is de streekindeling van de NLPO tot stand gekomen?

expand_more

De NLPO heeft bij gelegenheid van een zestal regiobijeenkomsten in maart 2016 aan de
lokale omroepen een voorstel voor een voorlopige indeling van Nederland in 62 streken
gepresenteerd. Desgevraagd hebben de lokale omroepen in de loop van de daarop volgende
maanden hun licht over deze indeling laten schijnen. Vervolgens heeft de NLPO de door haar
voorgestelde streekindeling en de van de lokale omroepen ontvangen wijzigingsvoorstellen
bij brief van 22 juni 2016 voorgelegd aan de gemeenten met het verzoek om een zienswijze
over de beide voorstellen.

Al tijdens de bovenbedoelde regiobijeenkomsten kondigde de NLPO aan dat zij haar
indelingsvoorstel, de wijzigingsvoorstellen van de lokale omroepen en de zienswijzen van de
gemeenten ter advisering zal voorleggen aan een zogeheten Change Board. Een commissie
waarin de OLON, de VNG, het ministerie van OCW en de lokale omroepen zijn
vertegenwoordigd. Met inachtneming van de reacties en zienswijzen van de lokale omroepen
en de gemeenten heeft de Change Board de NLPO op 23 januari 2017 geadviseerd Nederland
in te delen in 77 streken. Dit advies van de Change Board is op 31 januari 2017 voorgelegd
aan de lokale omroepen en de gemeenten. Bij de vaststelling van de huidige kaart
Streekomroepen van Nederland heeft de NLPO zoveel als mogelijk recht gedaan aan de
adviezen, zienswijzen en reacties die zij vanaf de regiobijeenkomsten in maart 2016 van alle
betrokkenen heeft ontvangen

18. Dient de omvang van de streekomroep identiek te zijn aan de door de NLPO vastgestelde streek zoals deze is opgenomen op de kaart Streekomroepen van Nederland?

expand_more

De door de NLPO vastgestelde streekindeling is een handvat voor de lokale omroepen om hun
fusie- of samenwerkingspartners te zoeken en te vinden. De streekindeling is tevens een
handvat voor de gemeenten om rekening mee te houden bij hun advisering aan het
Commissariaat in het kader van de aanvraag van de lokale omroep voor de nieuwe
aanwijzingsperiode. Het uitgangspunt bij de vorming van de streekomroep moet steeds zijn
de bereidheid van de huidige lokale omroepen tot fusie of samenwerking, gelet op de
natuurlijke habitat, de toekomstbestendigheid en de financiële gezondheid. Dit uitgangspunt
kan ertoe leiden dat er een wijziging komt in de streekindeling. Deze wijziging mag evenwel
niet tot gevolg hebben dat de streekomroepvorming geweld wordt aangedaan. En wel in die
zin dat er een gemeente overblijft met een zodanige geïsoleerde ligging dat haar lokale
omroep nimmer in een streekomroep kan opgaan.

19. Speelt de Change Board nog een rol nadat het advies over de streekindeling is uitgebracht aan de NLPO?

expand_more

De Change Board is in het leven geroepen om de NLPO te adviseren over het NLPO-voorstel
van de streekindeling lokale omroep. Met het uitbrengen van het advies op 23 januari 2017
heeft de Change Board de opdracht uitgevoerd.

FAQ gemeenten (2019)

1. Wat is een lokale omroep?

expand_more

Een lokale omroep is een lokale media-instelling die op lokaal (gemeentelijk) niveau mediaaanbod verzorgt, dat tot doel heeft een breed en divers publiek te voorzien van informatie,
cultuur en educatie via alle beschikbare aanbodkanalen (radio, televisie, website enz.).

2. Wat is media-aanbod?

expand_more

Media-aanbod is een of meer elektronische producten met beeld- of geluidsinhoud (radioen/of televisieprogramma) die bestemd zijn om te worden uitgezonden naar het algemene
publiek.

3. Wat is een aanwijzing?

expand_more

Een aanwijzing is een toestemming/vergunning van het Commissariaat voor de Media om
gedurende 5 jaar als lokale omroep media-aanbod te verzorgen voor een of meer gemeenten.

4. Wat is het verzorgingsgebied?

expand_more

Het verzorgingsgebied is het gebied waarop het media-aanbod van een lokale omroep is
gericht; het media-aanbod is gericht op en bestemd voor de inwoners van dat gebied; het
verzorgingsgebied kan bestaan uit een gemeente of uit twee of meer gemeenten.

5. Wat is het pbo?

expand_more

Het programmabeleid bepalende orgaan (pbo) bestaat uit
vertegenwoordigers/afgevaardigden van de belangrijkste in de gemeente of gemeenten
voorkomende maatschappelijke, culturele, godsdienstige en geestelijke stromingen; het pbo
bepaalt het beleid voor het media-aanbod van een lokale omroep.

6. Heeft elke gemeente een lokale omroep?

expand_more

Nee, niet elke gemeente heeft een lokale omroep; een lokale omroep ontstaat uit particulier
initiatief; in de meeste gemeenten is een lokale omroep actief

7. Kan een gemeente een lokale omroep beginnen?

expand_more

Nee, een gemeente kan niet een lokale omroep beginnen of daarvan de initiatiefnemer zijn;
overheidsinvloed op een publieke omroep, zowel landelijk, regionaal als lokaal, is niet
toegestaan.

8. Wat is een vergunning voor een etherfrequentie?

expand_more

Een vergunning voor een etherfrequentie (gebruik van frequentieruimte) wordt op grond van
de Telecommunicatiewet aan een lokale omroep verleend door het Agentschap Telecom; elke
lokale omroep heeft recht op een dergelijke vergunning; via een FM-frequentie wordt het
radioprogramma van de lokale omroep uitgezonden; op termijn zal de analoge ether FM
worden opgevolgd door de digitale verspreiding van het ethersignaal: Digital Audio
Broadcasting (DAB+).

9. Wat doet de OLON?

expand_more

De OLON is de Organisatie van Lokale Omroepen in Nederland; de vereniging behartigt de
belangen van de lokale omroepen en helpt hen zo efficiënt en effectief mogelijk te
functioneren; de hulp bestaat uit het bevorderen en faciliteren van samenwerking die onder
meer kunnen leiden tot schaalvoordelen.

10. Wat doet de NLPO?

expand_more

De Stichting Nederlandse Lokale Publieke Omroepen (NLPO) is in 2015 opgericht door de
OLON; de NLPO regelt aangelegenheden die collectief van belang zijn voor de lokale
omroepen, zoals de technische, facilitaire en administratieve infrastructuur, reclame,
auteursrechten en distributievergoedingen.

11. Wat is de rol van het Commissariaat voor de Media?

expand_more

Het Commissariaat is het zelfstandig bestuursorgaan dat op grond van de Mediawet een
instelling kan aanwijzen als lokale omroep; het Commissariaat ziet er vervolgens op toe dat
de lokale omroep zich houdt aan de in de Mediawet opgenomen voorschriften.

12. Wat houdt de bekostigingsplicht van de gemeente in?

expand_more

De bekostigingsplicht houdt in dat de gemeente, en wel in het bijzonder burgemeester en
wethouders, zorgt voor de bekostiging van het functioneren van de lokale omroep onder de
voorwaarde dat de gemeenteraad het Commissariaat positief heeft geadviseerd over de
aanwijzingsaanvraag; de bekostiging betreft de vergoeding van de kosten die rechtstreeks
verband houden met het verzorgen van het media-aanbod en wel zodanig dat in een lokaal
toereikend media-aanbod (LTMA; zie hierna) kan worden voorzien en de continuïteit van
bekostiging is gewaarborgd.

PBO

34. Wat houdt de representativiteit van het pbo in?

expand_more

De samenstelling van het pbo moet representatief zijn voor de belangrijkste in de gemeente
voorkomende maatschappelijke, culturele, godsdienstige en geestelijke stromingen; dit
betekent dat de leden van het pbo organisaties vertegenwoordigen die actief zijn binnen
genoemde stromingen

35. Wat is de rol van het pbo?

expand_more

Het pbo bepaalt het beleid voor het media-aanbod en controleert of dat beleid is uitgevoerd;
onderdeel van het media-aanbodbeleid is beantwoording van onder meer de vraag welke
mediadiensten (radio, televisie, tekst-tv, internet) worden ingezet, welke soort programma’s
worden uitgezonden en van welke programma’s de verzorging wordt uitbesteed

36. Wie is verantwoordelijk voor het functioneren van het pbo?

expand_more

Het bestuur van de lokale omroep is verantwoordelijk voor het functioneren van het pbo.